fraude
Uiterlijk
- frau·de
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | fraude | fraudes |
verkleinwoord |
- (juridisch) bedrog, gesjoemel (door valsheid in geschrifte)
- Britse bank kreeg boete van Britse en Amerikaanse toezichthouders voor fraude met Libor-rente
= = = = |
1. Bedrog
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
fraude v
- fraude , de ~; bedrog, gesjoemel
fraude m
- fraude , de ~; bedrog, gesjoemel
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Juridisch in het Nederlands
- Woorden in het Frans
- Woorden in het Frans van lengte 6
- Zelfstandig naamwoord in het Frans
- Woorden in het Spaans
- Woorden in het Spaans van lengte 6
- Zelfstandig naamwoord in het Spaans