Leviticus
- Le·vi·ti·cus
- via Middelnederlands Leviticus en Latijn Liber Leviticus "Levietenboek" van Oudgrieks το Λευιτικόν (to Leuitikón) "de Levieten", op te vatten als een vertaling van een van de Hebreeuwse benaming תּוֹרַת כֹּהֲנִים en (Torat Kohaniem) "leer van de priesters"; als naam van een boek uit de Bijbel geschreven met een hoofdletter volgens spellingregel 16.P [1] [2] [3]
Leviticus m
- (religie) derde boek van de Bijbel, met veel voorschriften die priesters moeten handhaven
- Wajikra (Hebreeuws)
- Torat Kohaniem (Hebreeuws)
boeken in de christelijke Bijbel
- Genesis
- Exodus
- Leviticus
- Numeri
- Deuteronomium
- Jozua
- Rechters
- Ruth
- 1 Samuel
- 2 Samuel
- 1 Koningen
- 2 Koningen
- 1 Kronieken
- 2 Kronieken
- Ezra *
- Nehemia
- Ester *
- Job
- Psalmen
- Spreuken
- Prediker
- Hooglied
- Jesaja
- Jeremia
- Klaagliederen
- Ezechiël
- Daniël *
- Hosea
- Joël
- Amos
- Obadja
- Jona
- Micha
- Nahum
- Habakuk
- Sefanja
- Haggai
- Zacharia
- Maleachi
- Apocriefen
- aanvullingen op boeken
hiervoor gemarkeerd met *
1.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord 'Leviticus' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.