Eerste Kamerverkiezingen 1971
Uiterlijk
Eerste Kamerverkiezingen 1971 | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Datum | 29 april 1971 | ||||||
Land | Nederland | ||||||
Te verdelen zetels | 75 | ||||||
Opvolging verkiezingen | |||||||
| |||||||
|
De Eerste Kamerverkiezingen van 1971 waren tussentijdse Nederlandse verkiezingen voor de Eerste Kamer der Staten-Generaal. Zij vonden plaats op 29 april 1971.
De verkiezingen waren noodzakelijk geworden na de ontbinding van de Eerste Kamer, nadat een voorstel tot Grondwetsherziening in eerste lezing door Tweede Kamer en Eerste Kamer aangenomen was. Bij deze verkiezingen kozen de leden van Provinciale Staten - die op 18 maart 1970 bij de Statenverkiezingen gekozen waren - in vier kiesgroepen[1] een geheel nieuwe Eerste Kamer.
De uitslag van de verkiezingen was als volgt:
Partij | Zetels | Verschil | Zetelverdeling naar kiesgroep[1] | ||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
1969 | 1971 | I[2] | II[3] | III[4] | IV[5] | ||
Katholieke Volkspartij | 24 | 22 | -2 | 12 (-2) | 4 | 3 | 3 |
Partij van de Arbeid | 20 | 18 | -2 | 3 | 5 (-1) | 5 | 5 (-1) |
Volkspartij voor Vrijheid en Democratie | 8 | 8 | 0 | 2 (+1) | 2 | 2 | 2 (-1) |
Christelijk-Historische Unie | 8 | 7 | -1 | 1 | 3 | 1 (-1) | 2 |
Anti-Revolutionaire Partij | 7 | 7 | 0 | 1 | 2 | 2 | 2 |
Democraten 66 | - | 6 | +6 | 1 (+1) | 1 (+1) | 2 (+2) | 2 (+2) |
Communistische Partij van Nederland | 1 | 3 | +2 | 0 | 1 (+1) | 1 | 1 (+1) |
Politieke Partij Radikalen | 1 | 2 | +1 | 1 | 1 (+1) | 0 | 0 |
Staatkundig Gereformeerde Partij | 0 | 1 | +1 | 0 | 0 | 0 | 1 (+1) |
Pacifistisch Socialistische Partij | 3 | 1 | -2 | 0 | 0 (-1) | 1 | 0 (-1) |
Boerenpartij | 3 | 0 | -3 | 0 | 0 (-1) | 0 (-1) | 0 (-1) |
Totaal | 75 | 75 | 0 | 21 | 19 | 17 | 18 |
Gekozenen
[bewerken | brontekst bewerken]Bij deze verkiezingen waren alle 75 leden aftredend, van wie 47 herkozen werden.[6][7][8]
Bronnen
- De Volkskrant, 30 april 1971
- Nederlands Dagblad, 11 mei 1971
- Zetelverdeling in de Eerste Kamer 1917-nu op www.nlverkiezingen.com
Noten
- ↑ a b Zie Eerste Kamerverkiezingen voor een nadere toelichting.
- ↑ Utrecht, Zeeland, Noord-Brabant, Limburg
- ↑ Groningen, Drenthe, Overijssel, Gelderland
- ↑ Friesland, Noord-Holland
- ↑ Zuid-Holland
- ↑ J.A. Nagtegaal werd gekozen op de lijst van D66 in kiesgroep IV; hij aanvaardde zijn benoeming niet. In zijn plaats werd vervolgens Henk Rang benoemd verklaard.
- ↑ A. Smit werd met doorbreking van de lijstvolgorde met voorkeurstemmen gekozen op de lijst van de PvdA in kiesgroep II; hij aanvaardde zijn benoeming niet. In zijn plaats werd vervolgens Gerard Nederhorst benoemd verklaard.
- ↑ Kees IJmkers werd gekozen op de lijst van de CPN in de kiesgroepen II, III en IV; hij gaf de voorkeur aan de benoeming in kiesgroep III. In kiesgroep II werd vervolgens Wessel Hartog benoemd verklaard en in kiesgroep IV Tom Boekman.