mir

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?

mir

1. vrede

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

• Geluid:  mir    (hulp, bestand)
• Geluid:  mir    (hulp, bestand)
• IPA: /miːɐ̯/

	enkelvoud	meervoud
nominatief	ich	wir
genitief	meiner	unser
datief	mir	uns
accusatief	mich	uns

• mir

mir

1. (aan/voor) mij (datief van de eerste persoon enkelvoud)

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?

mir

1. vrede

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

• IPA: /mɪr/ (Etsbergs)

mir

1. datief van ich

• IPA: /miːɐ/

	enkelvoud		meervoud
	sterk	zwak	sterk	zwak
nominatief	ech		mir	mer
accusatief	mech		eis / äis
datief	mir	mer
wederkerend	mech

• mir

• Afkomstig van het Middelhoogduitse mir, een variant van wir die ontstond door assimilatie met de werkwoordsuitgang -(e)n.

mir

1. wij (nominatief van de eerste persoon meervoud)

   «Mir hu véier Hausdéieren.»

   Wij hebben veel huisdieren.

2. (aan/voor) mij (datief van de eerste persoon enkelvoud)

   «Kënnt Dir mir hëllefen?»

   Kunt u mij helpen?

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?

	beklemtoond						onbeklemtoond
	enkelvoud			meervoud			enkelvoud			meervoud
	nominatief	datief	accusatief	nominatief	datief	accusatief	nominatief	datief	accusatief	nominatief	datief	accusatief
1e persoon	ich	mir	mich	mir	uns	uns	ich	mer	mich	mer	uns	uns
2e persoon	du	dir	dich	dihr ihr nihr	eich	eich	d de	der	dich	der er ner	eich	eich
3e persoon (mannelijk)	aer	ihm	ihn	sie	ihne	sie	er	em	en	sie	ne	sie
3e persoon (vrouwelijk)	sie	ihre	sie				se	re	se
3e persoon (onzijdig)	es	ihm	es				's	em	's

• mir

mir (nominatief van de eerste persoon meervoud)

1. wij

   «Mir winsche all unser Zeiding Leser un Heemetblatt Bsucher en wunnerbaar guudes un gsundes Yaahr 2015.»

   Wij wensen al onze krantlezers een heerlijk goed en gezond jaar 2015.

• Duits: wir
• Engels: we

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?

mir

1. vrede

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?

mir

1. vrede

• Zie Wikipedia voor meer informatie.