een hoog en smal gebouw dat dient om ver in de omgeving te kunnen kijken als men op de top van dit gebouw is
Zelf heb ik een haat-liefdeverhouding met onze beroemde uitkijktoren. Decennialang werd de betonnen wederopbouwpaal ons opgedrongen op ansichtkaarten en tijdschriften als hét icoon van Rotterdam, terwijl wij Rotterdammers het idee hadden inmiddels al veel verder te zijn in onze ontwikkeling als moderne stad. Daarnaast heb ik een onvoorspelbare vorm van hoogtevrees, waardoor ik van tevoren nooit weet of ik ga genieten van het spectaculaire uitzicht of in doodsangst de lift onmiddellijk weer terug naar beneden moet nemen. Maar nu de Euromast (of „Ui-ro-mast”, zoals ik het toenmalig minister Els Borst ooit hoorde uitspreken) eindelijk in Rotterdamse handen is, ga ik proberen de grootste paal van Nederland alsnog te omarmen. En heb op hoop van zegen voor zaterdag alvast een tafeltje (aan het raam!) gereserveerd. [1]