peiler
Niet te verwarren met: pijler |
- pei·ler
- Naamwoord van handeling van peilen met het achtervoegsel -er.[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | peiler | peilers |
verkleinwoord | peilertje | peilertjes |
de peiler m
- een persoon die peilt
- Zij zijn bekende peilers van de publieke opinie.
- apparaat waarmee men kan peilen
- Het woord peiler staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "peiler" herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be