pauwenoog
- pau·wen·oog
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pauwenoog | pauwenogen |
verkleinwoord |
het pauwenoog o
- oogvormig versiersel in de staart van een pauw
- Prachtig, die intense kleuren en hypnotiserende pauwenogen. Maar een pauwenstaart stilletjes bewonderen kan alleen op een foto. Een pronkende pauw laat zijn staart wapperen en beven, om pauwenvrouwtjes te betoveren. [2]
- het oog van een pauw
- Het woord pauwenoog staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "pauwenoog" herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC Lucas Brouwers 30 april 2016 De ogen staan stil als de pronkende pauw zijn staart beweegt
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be