lieveheersbeestje
- Geluid: lieveheersbeestje (hulp, bestand)
- IPA: / ˌliveˈherzbes(t)jə / (5 lettergrepen)
- lie·ve·heers·beest·je
- (verkorting) van onzelieveheersbeestje of samenstelling van lieveheer en beestje met het invoegsel -s- , omdat de rode kleur en de vijf stippen van Coccinella quinquepunctata zouden verwijzen naar de vijf wonden die Jezus Christus bij zijn kruisiging werden toegebracht; wellicht een leenvertaling van (minder gangbaar) Frans bête à bon Dieu [1][2][3]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | - | - |
verkleinwoord | lieveheersbeestje | lieveheersbeestjes |
het lieveheersbeestje o dim. tant.
- (kevers) benaming voor kevertjes uit de familie Coccinellidae
- ▸ Klompe staat tussen de veldbonen en buigt voorover. Her en der zit er zwart tussen de bladeren. „Luis”, zegt hij. Maar meteen wijst hij ook op een lieveheersbeestje. „Die eet graag luis.”[4]
- lievenheersbeestje (verouderde schrijfwijze met de genitiefvorm van lief)
- achttienvleklieveheersbeestje, Aziatisch lieveheersbeestje, behaard lieveheersbeestje, boogvlekkapoentje, bosmierlieveheersbeestje, bruin lieveheersbeestje, citroenlieveheersbeestje, conisch kapoentje, dertienstippelig lieveheersbeestje, driehoekkapoentje, elfstippelig lieveheersbeestje, gestreept lieveheersbeestje, gevlekt rietkapoentje, graslandnepkapoentje, groot zwart kapoentje, harlekijnlieveheersbeestje, heggenranklieveheersbeestje, heidelieveheersbeestje, hiëroglyfenlieveheersbeestje, lieveheersbeestjes, meeldauwlieveheersbeestje, negentienstippelig lieveheersbeestje, niervleklieveheersbeestje, ongevlekt lieveheersbeestje, ongevlekt rietkapoentje, ongevleugeld lieveheersbeestje, oogvleklieveheersbeestje, roodrandkapoentje, roomvleklieveheersbeestje, ruigtelieveheersbeestje, schaakbordlieveheersbeestje, struweelnepkapoentje, tienstippelig lieveheersbeestje, tienvleklieveheersbeestje, twaalfvleklieveheersbeestje, tweestippelig lieveheersbeestje, twintigvleklieveheersbeestje, veenlieveheersbeestje, veertienvleklieveheersbeestje, vierentwintigstippelig lieveheersbeestje, viervlekkapoentje, viervleklieveheersbeestje, vijfstippelig lieveheersbeestje, vloeivleklieveheersbeestje, zestienstippelig lieveheersbeestje, zevenstippelig lieveheersbeestje, zwart lieveheersbeestje, zwartstreeplieveheersbeestje, zwervend lieveheersbeestje
1. benaming voor kevertje van de familie Coccinellidae
- Het woord lieveheersbeestje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "lieveheersbeestje" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[5] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ lieveheersbeestje op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron Marcel aan de Brugh“Veldboon, ui, tarwe, gerst, gras: de boer van de toekomst doet alles in stroken” (24 juni 2020) op nrc.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be