labrador-retriever
- Geluid: labrador-retriever (hulp, bestand)
- IPA: / ˈlabradɔriˌtrivər / (6 lettergrepen)
- la·bra·dor-re·trie·ver
- van Engels Labrador Retriever, op te vatten als samenstelling van Labrador en "gebied in Candada" en retriever zn "type jachthond" , volgens spellingregel 12.A geschreven met een koppelteken om een verwarrend tekstbeeld te vermijden [1] [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | labrador-retriever | labrador-retrievers |
verkleinwoord | - | - |
de labrador-retriever m
- bepaald ras van grote jachthonden
[1] hondenrassen:
- Amerikaanse cockerspaniël
- Amerikaanse waterspaniël
- barzoi
- basset
- beagle
- bloedhond
- bobtail
- boxer
- buldog
- bulldog
- bulterriër
- chihuahua
- chowchow
- cockerspaniël
- collie
- corgi
- dalmatiër
- dashond
- Deense dog
- Engelse cockerspaniël
- dobermann
- dobermannpincher
- does
- dog
- Duitse herder
- Duitse herdershond
- fox
- foxterriër
- hazewind
- hazewindhond
- herder
- herdershond
- kardoes
- keeshond
- kooikerhond
- labrador
- mastiff
- mops
- newfoundlander
- pikhaar
- pitbull
- pitbullterriër
- poedel
- pointer
- poolhond
- retriever
- rottweiler
- schapendoes
- scheper
- schipperke
- schnauzer
- setter
- sint-bernard
- sint-bernardshond
- spaniël
- spitshond
- stabij
- taks
- teckel
- terriër
- waterspaniël
- windhond
- yorkshireterriër
- zweethond +
- Het woord labrador-retriever staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.