draderig
- dra·de·rig
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | draderig | draderiger | draderigst |
verbogen | draderige | draderigere | draderigste |
partitief | draderigs | draderigers | - |
draderig
- de vorm van draadjes hebbend of vol draden zitten
- van vlees dat het niet mals is
- In dit dure restaurant serveerden ze draderig vlees, ik zal hier nooit meer komen eten.
- Het woord draderig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "draderig" herkend door:
92 % | van de Nederlanders; |
85 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be