contact
- Geluid: contact (hulp, bestand)
- IPA: / kɔnˈtɑkt / (2 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /kɔn.ˈtɑkt/
- (Vlaanderen, Brabant): /kɔn.ˈtɑkt/
- (Limburg): /kɔn.ˈtɑk/
- con·tact
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘aanraking’ voor het eerst aangetroffen in 1872 [1]
- afgeleid van het Latijnse 'tangere' (aanraken) met het voorvoegsel con- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | contact | contacten |
verkleinwoord | contactje | contactjes |
het contact o
- (natuurkunde) een toestand waarbij twee voorwerpen elkaar raken
- Doordat de twee voorwerpen elkaar aanraakten, ontstond er contact.
- (communicatie) onderlinge communicatie
- Zij bleven in contact met elkaar.
- ▸ Doordat ik nu opeens zo afgezonderd was, voelde het alsof ik op een andere planeet was beland. Ik had verwacht dat ik me misschien eenzaam zou voelen, menselijk contact zou missen en onrustig zou worden.[3]
- een contactpersoon
- Zij is mijn vaste contact als het om wiskundige sommen gaat.
- (elektrotechniek) een verbinding van twee elektrische geleidingen
- Door het gemaakte contact ontstond er een kleine spanning.
- (elektrotechniek) een elektrische schakelaar
- Zet het contactje even om.
- (geologie) de grens tussen stollings- en nevengesteente
- De grens tussen stollings- en nevengesteente noemt men contact.
|
1. een toestand waarbij twee voorwerpen elkaar raken
2. onderlinge communicatie
3. een contactpersoon
4. een verbinding van twee elektrische geleidingen
5. een elektrische schakelaar
6. de grens tussen stollings- en nevengesteente
- Het woord contact staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "contact" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "contact" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ contact op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- Geluid: contact (VS) (hulp, bestand)
- IPA: /k'ɒntækt/
enkelvoud | meervoud |
---|---|
contact | contacts |
contact
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to contact |
he/she/it | contacts |
verleden tijd | contacted |
voltooid deelwoord |
contacted |
onvoltooid deelwoord |
contacting |
gebiedende wijs | contact |
contact
enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|
zonder lidwoord | met lidwoord | zonder lidwoord | met lidwoord |
contact | le contact | contacts | les contacts |
contact m