Schoolrapport
Een schoolrapport is een overzicht van de prestaties van een leerling op school. Meestal wordt de prestatie voor een bepaald vak uitgedrukt in een (rapport) cijfer, soms ook met een beoordeling in woorden. Een rapportcijfer is meestal het al dan niet gewogen gemiddelde van de behaalde cijfers voor een vak.
Nederland
[bewerken | brontekst bewerken]Veelal bepalen de cijfers op het rapport of de leerling overgaat, doorstroomt naar een ander niveau of blijft zitten. Het is de bedoeling dat de ouders het rapport inzien en als bewijs daarvan een van hen zijn of haar handtekening onderaan het rapport zet, of, als de leerling niet meer minderjarig is, dat de leerling zelf zijn handtekening eronder zet.
Rapportcijfers worden meestal bepaald door de gemiddelden te nemen van alle schriftelijke overhoringen en proefwerken, waarbij een proefwerk vaak dubbel meetelt. Ook kunnen spreekbeurten en practica worden meegewogen. Het is wettelijk vastgelegd dat deze beoordelingscijfers minimaal 1 en maximaal 10 moeten zijn,[2] een nul kan dan ook officieel niet als beoordeling worden gegeven.
Een schoolrapport wordt meestal gegeven aan het einde van een leerperiode. Op basisscholen wordt meestal drie keer per jaar een schoolrapport gegeven: tegen Kerst, met Pasen en aan het eind van het schooljaar. Op middelbare scholen wordt vier keer per jaar een schoolrapport gegeven, rond de herfstvakantie, tegen Kerst, met Pasen en aan het eind van het schooljaar. Het schoolrapport dat met Pasen wordt gegeven geldt dan als "tussenrapport" en geeft aan hoe de leerling ervoor staat voor het laatste deel van het leerjaar. Op deze manier weten de leerlingen welke vakken in deze periode nog extra aandacht moeten krijgen om alsnog over te kunnen gaan naar een volgend leerjaar. Soms wordt in een schoolrapport ook het gemiddelde van de cijfers van alle vakken gegeven, om inzicht te krijgen in de prestaties. Dit gemiddelde kan ook gewogen zijn in de zin dat bepaalde vakken zwaarder meetellen dan andere. Sommige scholen hanteren zelfs een rekenkundig model waarin vakken verschillende wegingen hebben en bovendien onvoldoendes 'strafpunten' opleveren.
De cijfers op het schoolrapport hebben de volgende betekenis:[3][4]
Cijfer Omschrijving 10 Uitmuntend 9 Zeer goed 8 Goed 7 Ruim voldoende 6 Voldoende 5 Matig / Zwak 4 Onvoldoende 3 Ruim onvoldoende 2 Slecht 1 Zeer slecht
Het cijfer 5 en lager geldt als een onvoldoende. Op sommige scholen worden ook halve cijfers gegeven en + en - cijfers.
Op de lagere school werden vroeger ook cijfers gegeven voor gedrag en vlijt.
België
[bewerken | brontekst bewerken]In België gebruikt men min of meer hetzelfde puntensysteem als in Nederland.
Cijfer Omschrijving 10 Uitmuntend 9 Zeer goed 8 Goed 7 Vrij goed 6 Matig/ bijna goed 5 Net (geen) voldoende <5 Onvoldoende
Op sommige scholen is een 5 al een voldoende. Het laagste cijfer dat een leerkracht kan geven is een 0. Sommige leerkrachten geven geen 10 als gemiddelde omdat een prestatie nooit 'perfect' kan zijn. Bij sommige rapporten worden de resultaten in procenten gegeven. Hier is 100% de hoogste score die men kan halen, onder de 50% heeft men onvoldoende. Op schoolrapporten staan naast cijfers vaak ook commentaren van de leerkracht(en). Bij oudercontacten wordt het rapport aan de ouders van de leerling gegeven. Zo weet een leerling waar hij/zij goed in is en waar men eventueel problemen mee heeft. Lagere cijfers kunnen een gevolg zijn van problemen op school, waaronder onderpresteren, leerproblemen, faalangst, verkeerde studiekeuze, te weinig motivatie, pesterijen en spijbelen. Onderpresteren is vaak zelfbescherming van de leerling(e), om niet buiten de groep van hun 'peers' (= medeleerlingen / gelijken) te vallen. De eindresultaten bepalen of een leerling mag overgaan naar het volgende leerjaar of moet zittenblijven.
Duitsland
[bewerken | brontekst bewerken]In Duitsland wordt een waardering van 1 tot en met 6 gegeven, waarbij 1 staat voor de beste prestatie, en 5 en 6 onvoldoendes zijn. Aan de cijfers worden de volgende betekenissen toegekend:
Cijfer Omschrijving Vertaling 1 sehr gut zeer goed 2 gut goed 3 befriedigend bevredigend 4 ausreichend voldoende 5 mangelhaft onvoldoende 6 ungenügend onbevredigend
Hoe cijfers er precies uitzien, verschilt per Bundesland. In sommige deelstaten kunnen cijfers bijvoorbeeld met + en - verhoogd of verlaagd worden.
Oostenrijk en Zwitserland
[bewerken | brontekst bewerken]In Oostenrijk en Zwitserland wordt een waardering tussen 1 (zeer goed) en 5 (onvoldoende) gegeven.
1= zeer goed 2= goed 3= bevredigend 4= voldoende 5= onvoldoende
Verenigde Staten van Amerika
[bewerken | brontekst bewerken]In de VS wordt een waardering tussen A+ (uitstekend) en F (zwaar onvoldoende) gegeven, hoewel men de individuele test vaak wel in een percentage van 0-100 uitdrukt. De letters worden op hun beurt weer omgezet in grade points op een schaal van 1-4. Er zijn variaties, maar vaak wordt het volgende systeem gehanteerd:
percentage letter betekenis grade points 97-100 A+ uitstekend 4.00 93-97 A goed 90-93 A- iets minder goed 87-90 B+ 83-87 B redelijk 3.00 80-83 B- 77-80 C+ 73-77 C voor sommige klassen niet voldoende 2.00 70-73 C- 67-70 D+ 63-67 D meestal onvoldoende beschouwd 1.00 60-63 D- <60 F zwaar onvoldoende 0.00
Frankrijk
[bewerken | brontekst bewerken]Het Franse schoolsysteem kent cijfers van 0 tot en met 20. Hierbij geldt meestal dat onvoldoendes nog kunnen worden gecompenseerd met goede cijfers voor andere vakken (ook op de universiteit).
Cijfer Omschrijving 18 - 20 Uitstekend 16 en 17 Zeer goed 14 en 15 Goed 12 en 13 Ruim voldoende 10 en 11 Net voldoende 8 en 9 Twijfelachtig, maar kan met goede cijfers voor andere vakken gecompenseerd worden. 0 - 7 Onvoldoende, maar kan met goede cijfers voor andere vakken gecompenseerd worden.
Zie ook
[bewerken | brontekst bewerken]- ↑ Arianne Baggerman & Rudolf Dekker, Child of the Enlightenment (Ned. titel Kind van de toekomst), Brill, Leiden/Boston, 2009, p. 70-72.
- ↑ Artikel 47 van het Examenbesluit vwo-havo-mavo-vbo op examenblad.nl
- ↑ Staatsblad van het Koningrijk der Nederlanden, no. 71, KB, BESLUIT van den 12den Maart 1930, tot wijziging van de Koninklijke besluiten van 8 Juni 1929 (Staatsblad no. 311) en 21 December 1923, no. 16, betreffende het Reglement en het Programma van de eindexamens der hoogere burgerscholen A.
- ↑ Rapportcijfers. Alles op een rij (24 december 2011). Geraadpleegd op 7 mei 2022.