[go: up one dir, main page]

Naar inhoud springen

Jacques Ibert

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Jacques Ibert
Jacques Ibert omtrent 1938
Jacques Ibert omtrent 1938
Algemene informatie
Volledige naam Jacques François Antoine Ibert
Geboren 15 augustus 1890
Geboorteplaats ParijsBewerken op Wikidata
Overleden 5 februari 1962
Overlijdensplaats ParijsBewerken op Wikidata
Land Vlag van Frankrijk Frankrijk
Werk
Genre(s) symfonische muziek
Beroep Componist, muziekpedagoog, dirigent
Officiële website
(en) AllMusic-profiel
(en) Discogs-profiel
(en) IMDb-profiel
(en) MusicBrainz-profiel
Portaal  Portaalicoon   Muziek

Jacques François Antoine Ibert (Parijs, 15 augustus 1890 – aldaar, 5 februari 1962) was een Frans componist en dirigent.

Zijn eerste muziekles kreeg hij van zijn moeder. Vanaf 1910 studeerde hij in Parijs aan het Conservatoire national supérieur de musique bij André Gédalge, Paul Vidal en Gabriel Fauré. Zijn studies werden onderbroken door de Eerste Wereldoorlog, waar hij als marineofficier gedurende 1917 en 1918 in Duinkerke gelegerd was. In 1919 won hij met zijn cantate Le poète et la fée de prestigieuze Prix de Rome. Verbonden daaraan was een driejarig verblijf in de Villa Medici in Rome. Daar ontstonden de symfonische fresco's Escales. Deze compositie verbeeldt muzikale reisherinneringen aan de exotische bekoring van verschillende havens aan de Middellandse Zee; verder een symfonisch gedicht naar Oscar Wilde La ballade de la geôle de Reading en de orkestfantasie Persée et Andromède.

Na zijn terugkeer in Parijs vond hij inspiratie voor het neoclassicisme. Vanuit de toneelmuziek die nu ontstond, koos hij een reeks orkeststukken met het doel van concertante uitvoeringen, zoals Divertissement een zesdelige reeks naar de toneelmuziek bij Un chapeau de paille d'Italie van Eugène Labiche en de symfonische suite Paris, die op humoristische manier indrukken van de Metro naar het Bois de Boulogne weerspiegelt en soms aan George Gershwin herinnert (An American in Paris).

In 1937 werd hij directeur van de Académie de France in de Villa Medici in Rome, waar hij met uitzondering van de jaren in de Tweede Wereldoorlog tot 1960 verbleef. Verder leidde hij in 1955-1956 de Parijse opera en de Opéra Comique.

Tot zijn leerlingen behoort de Belgische componist Jean Louël.

Als vrije componist in dubbele zin nam hij lange tijd geen baan aan en rekende hij zich nooit tot een bepaalde groep of stijlrichting.

  • Jacques Ibert's "Pièce pour flute seule" (1936) werd gebruikt als het fluitwijsje van de Rattenvanger van Hamelen op de "Efteling sprookjes deel 5"-plaat, -cassette en CD.
  • De Parade uit zijn "Divertissement" is gebaseerd op het lied "De schutterij", ook wel bekend als "Daar komen de schutters", uit 1904 van de Nederlandse dichter-zanger J.H. Speenhoff.[1]

Werken voor orkest

[bewerken | brontekst bewerken]
  • 1920 La ballade de la geôle de Reading
    1. Il n'avait plus sa tunique écarlate
    2. Cette nuit là, les corridors vides furent pleins de formes effrayantes
    3. Le vent frais du matin commença à gémir
  • 1920-1922 Escales
    1. Rome-Palérmo: Calme
    2. Tunis-Nefta: Modéré très rythmé
    3. Valencia: Animé
  • 1921 Suite "Persée et Andromède"
  • 1924 Suite "Le jardinier de Samos"
    1. Ouverture
    2. Air de Danse
    3. Prélude du 2ème Acte
    4. Prélude du 4ème Acte
    5. Prélude du 5ème Acte
  • 1925 Concert, voor cello en orkest
    1. Pastorale
    2. Romance
    3. Gigue
  • 1925 Féerique - Chant de Folie Scherzo Symphonique
  • 1930 Divertissement naar de muziek voor het theaterstuk Un chapeau de paille d'Italie van Eugène Labiche
    1. Introduction: Allegro vivo
    2. Cortège: Moderato molto
    3. Nocturne: Lento
    4. Valse: Animato assai
    5. Parade: Tempo di marcia
    6. Finale: Quasi cadenza
  • 1931 Symphonie marine
  • 1932 Paris - d’après "Donogoo" de Jules Romain suite symphonique
    1. Le Métro
    2. Faubourgs
    3. La Mosquée de Paris
    4. Restaurant au Bois de Boulogne
    5. Le Paquebot "Ile de France"
    6. Parade Foraine
  • 1933-1934 Suite no.1 avec "Diane de Poitiers"
    1. Introduction
    2. Entree des Pages
    3. Diane
    4. Danse des Boyards
    5. Le Marchand d'Orvietans
    6. Danse de l'Arc
    7. Finale
  • 1933-1934 Suite no.2 avec "Diane de Poitiers"
    1. Introduction et Allegro
    2. Intermezzo et Adage
    3. Marche et Finale
  • 1934 Concert, voor fluit en orkest
    1. Allegro
    2. Andante
    3. Allegro scherzando
  • 1935 Concertino da camera, voor altsaxofoon en 11 instrumenten
    1. Allegro Con Moto
    2. Larghetto - Animato Molto
  • 1935 Suite avec "Golgotha"
    1. La fete de Paques
    2. Les vendeurs au Temple
    3. Le Calvaire
    4. La crucifixion
    5. L'agonie - La mise au tombeau
  • 1942 Suite élisabéthaine - d’après "Le songe d’une nuit d’été" de William Shakespeare
    1. Prélude
    2. Chasse
    3. Entrée
    4. Chanson des Fées
    5. Dancerie
    6. Cortège
    7. Scherzo
    8. Nocturne
    9. Finale
  • 1940 Ouverture de fête
  • 1948 Suite avec "Macbeth"
    1. Ouverture
    2. Murder of King Duncan
    3. Macbeth after the Murder
    4. The Ghost of Banquo
    5. Death of Lady Macbeth
    6. Triumph of Macduff's Armies
  • 1948-1949 Symphonie concertante voor hobo en strijkorkest
    1. Allegro con moto
    2. Adagio, ma non troppo
    3. Allegro brilliante
  • 1949 Etude-Caprice pour un Tombeau de Chopin voor orkest
  • 1953 Louisville Concert
  • 1955 Bostoniana
  • 1955 Hommage à Mozart
  • 1956 Bacchanale
  • Concerto voor piano en orkest
  • Suite uit "Donogoo" naar Jules Romains
  • Trois pièces de Ballet "Les Rencontres"
    1. Les Bouquetières
    2. Les Créoles
    3. Les Bavardes

Werken voor harmonieorkest

[bewerken | brontekst bewerken]
  • 1925 Concertino voor cello, blazers, percussie en piano
    1. Pastorale - Allant
    2. Romance - Souple
    3. Gigue - Animé
  • 1936 Ouverture pour "Quatorze juillet", voor harmonieorkest (zie: Toneelmuziek)

Cantates en geestelijke muziek

[bewerken | brontekst bewerken]
  • 1919 Le poète et la fée

Muziektheater

[bewerken | brontekst bewerken]
Voltooid in titel aktes première libretto
1921 Persée et Andromède ou "Le Plus heureux de trois" 2 bedrijven 15 mei 1929, Parijs Nino (Michel Veber) naar de "Moralités Légendaires" van Jules Laforgue
1927 Angélique 1 akte 28 januari 1927, Parijs, Théâtre Bériza Nino (Michel Veber)
1927-1928 Le Roi d'Yvetot 4 aktes 6 januari 1930, Parijs, Opéra-Comique Jean Limozin naar André de La Tourrasse
1930 Gonzague 1 akte 17 december 1931, Monte Carlo, Opéra R. Kerdick naar P. Veber
1936-1937 L'Aiglon; in samenwerking met Arthur Honegger 5 aktes 10 maart 1937, Monte Carlo, Opéra Henry Cain naar Edmond Rostand
1943 Barbe-Bleu Radio-opera 10 oktober 1943, Parijs William Aguet
Voltooid in titel aktes première libretto
1938 Les Petits Cardinal; in samenwerking met Arthur Honegger 2 aktes, 10 taferelen 13 februari 1938, Parijs, Théâtre des Bouffes-Parisiens Albert Willemetz/Paul Brach naar Ludovic Halévy
Voltooid in titel aktes première libretto choreografie
1927 L'Éventail de Jeanne;
in samenwerking met
Georges Auric (Rondeau), Marcel Delannoy (bourrée),
Pierre-Octave Ferroud (Marche), Darius Milhaud (Polka),
Francis Poulenc (Pastourelle), Maurice Ravel (Fanfare),
Roland Alexis Manuel Levy (Canarie), Albert Roussel (Sarabande)
en Florent Schmitt (Finale: Kermesse-Valse)
==> Ibert schreef het deel Valse
16 juni 1927, Parijs, Jeanne Dubost’s salon Alice Bourgat en Yvonne Franck
1933-1934 Diane de Poitiers 3 taferelen 30 april 1934, Parijs, Opéra Garnier Élisabeth de Gramont naar de biografie van Hendrik II van Frankrijk (1519-1559)
en Diane de Poitiers (1499-1566)
1934 Le Chevalier errant 4 scènes 26 april 1950, Parijs Élisabeth de Gramont, naar Miguel de Cervantes Saavedra, Albert Arnoux
1945 Les amours de Jupiter 5 scènes 9 maart 1946, Parijs B. Kochno
1949-1950 La Licorne ("Het Eenhoorn"), ou Le Triomphe de la Chasteté 12 december 1954, Chicago R. Page
1950 Le triomphe de la pureté
  • 1924 Le jardinier de Samos musique de scène - tekst: C. Vildrac
  • 1928 On ne saurait pas penser à tout, - tekst: G. d'Houville
  • 1929 Un chapeau de paille d'Italie - tekst: E. Labiche
  • 1929 La Castiglione - tekst: R. Gignoux
  • 1930 Le stratagème des Roués - tekst: M.C. Weyer, naar G. Farquhar
  • 1930Donogoo - tekst: Jules Romains
  • 1935 Le médecin de son honneur, drama in 3 aktes - tekst: Albert Arnoux, naar Calderón
  • 1936 Ouverture pour "Quatorze juillet", voor harmonieorkest - tekst: Romain Rolland (in samenwerking met: Georges Auric (Palais Royal), Arthur Honegger (Marche sur le Bastille), Charles Koechlin (Liberté), Daniel Lazarus (Fête de la Liberté), Darius Milhaud (Introduction et Marche funèbre) en Albert Roussel (Prélude))
  • 1942 Le songe d'une nuit d'été - tekst: William Shakespeare
  • 1946 Le cavalier de fer - tekst: Albert Arnoux
  • 1916-1917 Six pièces voor harp solo
    1. Matin sur l'eau
    2. Scherzetto
    3. En Barque, le soir
    4. Ballade
    5. Reflets dans l'eau
    6. Fantaisie
  • 1921 Deux mouvements voor blazerskwartet
    1. Allant
    2. Assez vif et rhythmé
  • 1923 Jeux Sonatine voor fluit en piano
    1. Animé
    2. Tendre
  • 1924 Le Jardinier de Samos voor fluit, klarinet, trompet, viool, cello en slagwerk
    1. Ouverture
    2. Air De Danse
    3. Prélude du 2ème Acte
    4. Prélude du 4ème Acte
    5. Prélude du 5ème Acte
  • 1927 Arie (Vocalise) voor fluit, viool en piano
  • 1930 Trois pièces brèves voor blazerskwintet
    1. Allegro
    2. Andante
    3. Assez lent - Allegro scherzando
  • 1935 Cinq pièces en trio voor hobo, klarinet en fagot
    1. Allegro vivo
    2. Andantino
    3. Allegro assai
    4. Andante
    5. Allegro quasi marziale
  • 1935 Entr'acte voor fluit en gitaar
  • 1935 Concertino da camera voor altsaxofoon en kamerorkest
  • 1935-1936 Chevalier errant (selectie) uit L'age d'Or voor altsaxofoon en piano
  • 1936 Pièce voor fluit solo
  • 1937-1942 Strijkkwartet
    1. Allegro risoluto
    2. Andante assai
    3. Presto
    4. Allegro marcato
  • 1939 Capriccio voor 10 instrumenten
  • 1944 Trio voor viool, cello en harp
    1. Allegro tranquillo
    2. Andante sostenuto
    3. Scherzando con moto
  • 1946 Deux Interludes voor fluit, viool en klavecimbel of harp
    1. Andante espressivo
    2. Allegro vivo
  • 1949 Etude-Caprice pour un Tombeau de Chopin voor cello solo
  • 1950 Ghirlarzana voor cello solo
  • 1950 Caprilena voor viool solo
  • 1950 Impromptu voor trompet en piano
  • 1953 Carignane voor fagot en piano
  • Arabesque voor fagot en piano
  • Stèles Orientées Nr. 1-2

Vocale muziek met orkest of instrumenten

[bewerken | brontekst bewerken]
  • 1923 Trois Chansons de Charles Vildrac voor zangstem en orkest
    1. Elle était venue sur les marches tièdes
    2. C'est au petit jour qu'ils trépassent
    3. Comme elle a les yeux bandés
  • 1923-1924 Chant de folie voor 4 sopranen, 2 altos, gemengd koor met acht stemmen en orkest
  • 1932 Quatre Chansons de "Don Quichotte" voor bas en orkest
    1. Chanson du départ
    2. Chanson à Dulcinée
    3. Chanson du Duc
    4. Chanson de la mort de Don Quichotte
  • La verdure dorée
    1. Comme j'allais couvert de la poussière du voyage
    2. Tiède azur
    3. Cette grande chambre... et ce lit défait...
    4. Personne ne saura jamais

Werken voor piano

[bewerken | brontekst bewerken]
  • 1910-1922 Histoires voor piano
    1. La meneuse de tortues d'or (un peu allant)
    2. Le petit âne blanc (avec une tranquille bonne humeur)
    3. Le vieux mendiant (lent)
    4. A giddy girl (allant)
    5. Dans la maison triste (lent et plaintif)
    6. Le palais abandonné (grave et soutenu)
    7. Bajo la mesa (alerte et bien rythmé)
    8. La cage de cristal (un peu vite)
    9. La marchande d'eau fraîche (d'un petit pas égal et monotone)
    10. La cortège de Balkis (dans un mouvement libre et brillant)
  • 1914 Noël en Picardie
  • 1915 Le vent dans les ruines
  • 1916 Scherzetto
  • 1917 Matin sur l'eau
  • 1921-1924 Les rencontres
  • 1925 Stèles orientées
  • 1927 L'éventail de Jeanne
  • 1937 L'espiègle au village de Lilliput
  • 1937 Pièce romantique
  • 1944 Petite Suite en 15 images
    1. Prélude (Moderato)
    2. Ronde (Allegro grazioso)
    3. Le gai vigneron (Allegro giocoso)
    4. Berceuse aux étoiles (Lento molto)
    5. Le cavalier Sans-Souci (Allegro tranquillo)
    6. Parade (Allegro alla marcia)
    7. La promenade en traîneau (Allegro vivace)
    8. Romance (Andantino espressivo)
    9. Quadrille (Vivo)
    10. Sérénade sur l'eau (Andantino con grazia)
    11. La machine à coudre (Allegro quasi presto)
    12. L'Adieu (Andante espressivo)
    13. Les crocus (Allegretto)
    14. Premier bal (Tempo di valzer moderato)
    15. Danse du cocher (Allegro vivace e marcato)

Werken voor orgel

[bewerken | brontekst bewerken]
  • 1937 Toccata sur le nom d'Albert Roussel
  • Trois Pièces voor orgel
  • Choral sur Justorum animae in manu Dei sunt

Werken voor gitaar

[bewerken | brontekst bewerken]
  • 1926 Française voor gitaar solo
  • 1935 Paraboles voor twee gitaren
    1. Allegro Moderato
    2. Moderato
  • 1935 Ariette voor gitaar solo
  • 1933 Les deux orphelines
  • 1933 Don Quichotte
  • 1934 Maternité
  • 1935 Golgotha
  • 1935 Justin de Marseille
  • 1936 Le Coupable
  • 1937 L'Homme de nulle part
  • 1937 La Maison du Maltais
  • 1938 Thérèse Martin
  • 1939 Angelica
  • 1939 La Comédie du bonheur
  • 1939 La Charrette fantôme
  • 1939 Le Héros de la Marne
  • 1942 Félicie Nanteuil
  • 1947 Macbeth van Orson Welles
  • 1954 Marianne de ma jeunesse
  • Jean-Pierre Thiollet:Sax, Mule & Co, * "Jacques Ibert" p. 135, Paris, H & D, 2004. ISBN 2-914266-03-0
  • Alexandra Laederich: Catalogue de l'oeuvre de Jacques Ibert Hildesheim (Zürich, New York). Georg Olms Verlag AG. 1998. 346 p. ISBN 3-487-10273-0
  • Marius Flothuis: ...exprimer l'inexprimable...: essai sur la mélodie française depuis Duparc, en dix-neuf chapitres et huit digressions, Amsterdam: Editions Rodopi B.V. 1996. 323 p., ISBN 978-9-042-00087-2
  • Alain Lacombe, Francois Porcile: Les musiques du cinéma français, Paris: Bordas, 1995, 328 p. ISBN 978-2-04-019792-6
  • Mario Morini, Nandi Ostali, Piero Ostali Jr.: Casa Musicale Sonzogno : Cronologie, Saggi, testimonianze, secondo volume, Milano: Casa Musicale sonzogno di Piero Ostali, 1995. 907 p.
  • Jeanne Belfy: Oboe recording reviews: Jacques Ibert, in: Double Reed: 18:67 N1 1995
  • C. Capacci: 100 ans de cinema : Honegger, Jaubert, Kosma le jour se leve en musique!, in: Diapason (France) N414:39-40 Apr 1995
  • Susanne Rode-Breymann: Die Wiener Staatsoper in den Zwischenkriegsjahren - Ihr Beitrag zum zeitgenössischen Musiktheater, Tutzing: Hans Schneider Verlag, 1994, 485 p., ISBN 978-37-952-0772-4
  • Xavier Darasse, Brigitte Francois-Sappey, Georges Guillard, Michel Roubinet, Francois Sabatier: Guide de la musique d'orgue, Fayard, 1991, 840 p., ISBN 978-2-213-02772-2
  • James L. Limbacher, H. Stephen Wright: Keeping score : film and television music, 1980-1988 (with additional coverage of 1921-1979), Metuchen, N.J.: Scarecrow Press, 1991. 928 p., ISBN 978-0-810-82453-9
  • J. Failoni: Persée et Andromede : a bold beginning, in: Opera Journal: (US) 24:3-18 N1 1991
  • Paul E. Bierley, William H. Rehrig: The heritage encyclopedia of band music : composers and their music, Westerville, Ohio: Integrity Press, 1991, ISBN 0-918048-08-7
  • W. Roberts: Jacques Ibert's Piano Music, in: Clavier, xxix/9 (1990), 15–19
  • J. Edwards: An analysis of Symphonie Concertante for oboe and string orchestra by Jacques Ibert, part II, in: Nacwpi Journal 38:16-23 N3 1990
  • Bibliothèque Nationale, département de la musique: Hommage à Jacques Ibert, catalogue de l’exposition à l’occasion du centenaire de sa naissance, 16 octobre-15 décembre 1990 - la plupart des documents exposés sont la propriété de M. Jean-Claude Ibert, fils du musicien
  • Piero Santi: Repertorio di musica Sinfonica : gli autori, le composizioni dal seicento a oggi, Ricordi, 1989. 1053 p., ISBN 8-809201-45-0
  • Leon Kochnitzky: Le quatorze juillet; Action populaire de Romain Rolland; Musique de Jacques Ibert, Georges Auric, Darius Milhaud, Albert Roussel, Charles Koechlin, Arthur Honegger, Daniel Lazarus (1936), in: Revue Musicale, la N400-401:75-6 1987
  • Jean Gourret: Ces hommes qui ont fait l'opera (1669-1984), Paris: Editions Albatros, c1984., 296 p.
  • G. Michel: Jacques Ibert. 1968.
  • Georges Auric: Notice sur la vie et les travaux de Jacques Ibert, Paris: Typographie de Firmin-Didot, 1963. 18 p.
  • J. Feschotte: Jacques Ibert, Paris, 1958.
  • René Dumesnil: La musique contemporaine en France, Paris: A. Collin, 1949. 2 vol.
  • René Dumesnil: La musique en France entre les deux guerres, Paris, 1946.