[go: up one dir, main page]

Naar inhoud springen

Rocker (subcultuur)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door 82.171.64.178 (overleg) op 15 feb 2016 om 19:45. (Ontstaan: cf engelsche wiki)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
De opmaak van dit artikel is nog niet in overeenstemming met de conventies van Wikipedia. Mogelijk is ook de spelling of het taalgebruik niet in orde. Men wordt uitgenodigd deze pagina aan te passen.
Opgegeven reden: spelling ('cylinder' enz.), veel onjuist spatiegebruik, onvertaalde voetnoten, niet-bestaande sjablonen, lege kop enz.

1960s Rockers bij de Busy Bee Café, Watford, England, UK.

Een Rocker, leather boy [1] of wel Ton-up boy[2][3] is een lid van een subcultuur van motorrijders die in het Verenigd Koninkrijk van de jaren vijftig opkwam. Deze subcultuur concentreerde zich hoodzakelijk rondom de Britse cafe racer cultuur en rock 'n' roll muziek. Tegen 1965 werd ook de term greaser geintroduceerd [4][5][6] en sinds die tijd zijn de termen greaser en rocker synoniemen geworden.

Rockers werden ook wel spottend Coffee Bar Cowboys.[7] genoemd. Hun Japanse equivalenten werden de Kaminari-zoku (Thunder Tribe).[8] genoemd.

Ontstaan

Hattie en andere orginele rockers op de Chelsea Bridge, in London

Voor de Tweede Wereldoorlog werd motorrijden als een prestigieuze bezigheid gezien en had het een positief imago dat met welvaart en succes geassocieerd werd. Vanaf de jaren 50 kwam het autorijden steeds meer binnen het bereik van de middenklasse, en werd de motor meer en meer gezien als een goedkope manier van transport.[9]

Tijdens de vijftiger jaren [10] stonden de rockers bekend als "Ton-Up boys" omdat een ton doen slang was voor sneller dan 100mph (160 km/u) rijden. De Teddy boys worden gezien als "spirituele voorouders" van de rockers[10]

De rockers of ton-up boys maakten van iets wat eerst slechts een sport of hobby was tot een lifestyle, waarbij ze zich distantieerden van de gemeenschap [11] en rebelleerden waar het een conflict gaf met de gevestigde orde.[12] Door de massamedia werden deze subculturen als sociaal zwakker geclassificeerd en in zwaar overdreven media portretten als "folk devils" (volks duivels) aangeduid. [13] Dit beschadigde het imago van de motorrijder in de het Verenigd koninkrijk.[9] [14][15] Vanwege de media-aandacht in de zestiger jaren voor de rellen tussen mods en rockers, werd de motorrijdende jeugd algemeen bekend onder de term rockers, een term die voorheen slechts beperkt en binnen de scene bekend was. De subcultuur van de Rockers werd geassocieeerd met de rock-'n-rollmuziek uit de jaren 50-60 met artiesten zoals Gene Vincent, Eddie Cochran and Chuck Berry.

Voor het ontstaan en de opkomst van deze subculturen is aantal factoren aan te wijzen:

  • de groeiende welvaart, en de mogelijkheden om geld te lenen,
  • de invloeden van Amerikaanse films en muziek,
  • steeds meer geasfalteerde uitvalswegen, en het ontstaan van wegrestaurants en cafés.
  • een piek in de fabrikage van de Engelse motorfietsen.

Rocker is een Brits fenomeen dat niet naar het Europese vasteland is overgewaaid, maar een term die op het Europese continent eerder met rock-'n-rollmuziek, dan met motorrijden geassocieerd wordt. Ook de kleding/lifestyle van de Rockers is vrijwel niet terug te vinden.

Café racers

Een vintage Café Racer: De Triton met Norton frame 2-cylinder Triumph moter
Pudding basin helm

De term café racer ontstond in de jaren 1950,[16] toen motorrijders vaak wegrestaurants bezochten die als verzamelpunt voor hun tochten dienden. Een café racer is een aangepaste motor, met verbeteringen die vooral op het gebied van snelheid en handelbaarheid lagen, en minder gericht op comfort. [17] Een café racer had de volgende kenmerken: een één-persoons racezadel, een stuur met lage handvaten, een grote benzinetank (vaak van blank aluminium), ingekorte uitlaten, extra voetsteunen achter.[18]

Deze motoren waren eenvoudige lichte motoren met een cylinder inhoud meestal in de range van 200-700cc, geschikt voor diverse wegsoorten. Een voorbeeld van een typische café racer uit de rockers hoogtij dagen was de Triton (motorfiets) ('Tri' van Triumph and 'ton' van Norton), die gebasseerd was op de Norton met Featherbed frame (een speciale variant van het dubbel wiegframe), wat bekend stond om zijn goede handelbaarheid, waar op een Triumph (motorfiets) Bonneville motor, destijds een van de betere motoren, gemonteerd was.[19][20] Overige populaire merken waren BSA (bedrijf), Royal Enfield (Groot-Brittannië), Matchless en Vincent-HRD. Er waren ook bedrijven zoals Dunstall die zich beroepsmatig met ombouw bezig hielden.

De term café racers wordt hedentendage globaal gebruikt om gemodificeerde vintage britse, italiaanse of japanse motoren uit de jaren 1950s tot en met 1970s aan te duiden.

Karakteristieken

Rockers kochten standaard fabrieksmotoren en bouwden deze om tot racemotoren, of wat daar op leek. Hun motoren waren niet op de eerste plaats voor vervoer, maar hun trots en product van een risicovolle hobby. De kans om tijdens het motorrijden te overlijden wordt gesymboliseerd door het gebruik van doodshoofden en gekruisde botten. Er werd geraced op de openbare weg, en bekende verzamelplaatsen waren het Ace Cafe, Chelsea Bridge tea stall, Ace of Spades, Busy Bee and Johnsons. Om die reden is dan ook de uitdrukking "cafe racer", (uitgesproken als:caff racer) ontstaan.

De kledingstijl van de rockers was een combinatie van noodzakelijkheid en praktische toepasbaarheid. Ze droegen zwaar gedecoreerde motorjacks, met metalen studs en pins, badges, waaronder vaak een badge die lidmaatschap van de 59-club aangaf. Als broek deden Levi's of Wrangler jeans dienst ,[21] of een leren broek. Daaronder een paar hoge motor laarzen, waarbij de sokken daar vaak boven uitkwamen, en om de randen heen geslagen werden. Een beschermende helm werd toen niet vaak gedragen, en wanneer wel, was het meestal een pudding basin helm met een vliegeniers bril. Ook een witte sjaal werd algemeen gedragen, om de mondstreek en hals te beschermen. De haardracht was meestal een op de rock 'n' roll style gebaseerde vetkuif, of ducktail, mede doordat de rockers enigzins voortkwamen uit de Teddy boys, en de doorbraak van de rock 'n' roll.

Rockers waren ook minder graag geziene gasten in de horeca en buiten het feit dat ze vaak stonken en vuil waren, stonden ze als agressief te boek. De britse Motor Industry bestempelde de 'rockers' als een schande voor de motorijders en motorsport in het algemeen.[22] Rockers waren vanouds fel gekant tegen recreationeel drugsgebruik. Andere subculturen zoals mods werden intens gehaat en geminacht vanwege hun vermeende drugsgebruik.[23]

Customised Lewis Leathers moter jack met Ace Cafe details
Bestand:Rockersjacket.jpg
Een 'Rockers' motorjack met patches

Films and documentaires

Referenties

  1. Stuart, John, Rockers! Kings of the Road (Plexus Publishing, 1996). ISBN 0-85965-125-8.
  2. 14 February 1961, The Daily Express (London).
  3. Partridge, Eric and Paul Beale, A Dictionary of Slang and Unconventional English (MacMillan Publishing Company, 1985) ISBN 0-02-594980-2, p. 962.
  4. Motor Cycle, 24 June 1965. p.836. On the Four Winds by 'Nitor'. "It was, I have it on good authority, as much a surprise to the so-called rockers to find they are now "greasers" as it was to the general public...The people in question—greasy rockers?—are expected to sit back uncomplainingly while learned gentlemen in such papers as the Guardian discuss the pros and cons...I would suggest to the Guardian's correspondent, and to any other erudite commentators who feel duty bound to join in, that the subject should be allowed to die a natural death. " Accessed 2014-02-20
  5. greaser, n. Oxford English Dictionary. 2nd ed. (1989); online version December 2011. <http://www.oed.com.ezproxy.spl.org:2048/view/Entry/81098>; accessed 5 January 2012. [dode link] [dode link]
  6. The Sun newspaper wrote,Sjabloon:When "you can call rockers Greasers if you like. ... Greasers just means they have to put a lot of work into bikes."
  7. Fame, Pete, The Restless Generation: How Rock Music Changed the Face of 1950s Britain (Rogan House, 2007) ISBN 0-9529540-7-9.
  8. Bailey, Don C.A., Glossary of Japanese Neologisms (Arizona Press, 1962).
  9. a b Suzanne McDonald-Walker, 'Bikers: Culture, Politics and Power' Berg Publishers, 2000. ISBN 1-85973-356-5
  10. a b Mods, rockers, and the music of the British invasion. James E. Perone. Praeger, 2008. ISBN 0-275-99860-6. pp. 3, 65, etc.
  11. Skateboarding, Space and the City, Borden, Iain. Berg Publishers, (2003). ISBN 1-85973-493-6 p. 137
  12. Dancin' in the streets!: anarchists, IWWs, surrealists, Situationists, Franklin Rosemont, Charles Radcliffe. Charles H Kerr 2005 ISBN 0-88286-302-9
  13. Stanley Cohen; (1972). Folk Devils and Moral Panics; The Creation of the Mods and Rockers Routledge. ISBN 0-85965-125-8.
  14. Resistance through rituals: youth subcultures in post-war Britain By Stuart Hall, Tony Jefferson. Routledge, 1990. ISBN 0-415-09916-1
  15. The sociology of youth culture and youth subcultures: Sex and drugs and rock 'n roll by Mike Brake 1980 Routledge & Kegan Paul, ISBN 0-7100-0364-1
  16. "The return of motorcycling's cafe racers", Herald Scotland, Herald & Times Group, 8 February 2014. Geraadpleegd op 29 december 2014. “British motorcycle customisation stretches back to the 1950s, when the term cafe racer was coined. They were stripped-down machines, lighter than stock with dropped clip-on handlebars to make the riding position more aerodynamic, and were the low-cost mode of transport for the growing band of post-war rockers who would race ton-up (100mph) between transport cafes, such as the famous Ace Cafe on London's North Circular Road, along the then quiet motorway network.”
  17. The Café Racer Phenomenon (Those were the days...), Alastair Walker. Veloce Publishing 2009. ISBN 1-84584-264-2
  18. Reg Everett and Mick Walker. Rocker to Racer. Breedon Books. 2010. ISBN 1-85983-679-8
  19. Seate, Mike. Café Racer The Motorcycle: Featherbeds, Clip-ons, Rear-sets and the Making of a Ton-up Boy. Parker House (2008). ISBN 0-9796891-9-8
  20. Welte, Sabine, Cafe Racer. Bruckmann Verlag GmbH, 2008. ISBN 3-7654-7694-3
  21. Jeans: A Cultural History of an American Icon, James Sullivan, Gotham, 2006. ISBN 1-59240-214-3
  22. The Bsa Gold Star, Mick Walker. Redline Books, 2004 ISBN 0-9544357-3-7
  23. Rockers! Kings of the Road by John Stuart, Plexus Publishing Ltd. ISBN 0-85965-125-8
  24. http://www.cafesocietyfilm.com
  25. http://www.caferacermag.com/cafesocietydocumentary.html
  26. Writer: Driscoll, Frank. Rank Organisation Special Features Division, 1964.[1]

Literatuur