veranderen
Uiterlijk
naamwoord van handeling | |
---|---|
zelfstandig | bijvoeglijk |
veranderen | veranderd |
verandering |
- Geluid: veranderen (hulp, bestand)
- ver·an·de·ren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
veranderen |
veranderde |
veranderd |
zwak -d | volledig |
veranderen
- overgankelijk zodanig aan iets werken of iets behandelen dat het anders wordt
- We hebben daarna de procedure grondig veranderd.
- wederkerend zich ~ - zodanig aan zichzelf werken of zichzelf behandelen dat men anders wordt
- Zich te veranderen is een moeilijke zaak.
- ergatief het proces van anders worden
- [1] wijzigen
1. zodanig aan iets werken of iets behandelen dat het anders wordt
|
2. zodanig aan zichzelf werken of zichzelf behandelen dat men anders wordt
3. anders worden
- Het woord veranderen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "veranderen" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ 1,0 1,1 Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Voorvoegsel ver- in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Onscheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
- Wederkerend werkwoord in het Nederlands
- Ergatief werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 98 %