[go: up one dir, main page]

Naar inhoud springen

tetraëder

Uit WikiWoordenboek
Tetraëder
  • te·tra·eder
enkelvoud meervoud
naamwoord tetraëder tetraëders
verkleinwoord tetraëdertje tetraëdertjes

de tetraëderm

  1. (wiskunde) een door vier gelijkzijdige driehoeken ingesloten lichaam
    • Op die pagina's stonden verschillende tetraëders afgebeeld. 
Regelmatige veelvlakken in het Nederlands

tetraëderhexaëderoctaëderdecaëderdodecaëdericosaëder

39 % van de Nederlanders;
63 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be