[go: up one dir, main page]

Naar inhoud springen

sloeg na

Uit WikiWoordenboek
  • sloeg na
vervoeging van
naslaan

sloeg (...) na

  1. enkelvoud verleden tijd van naslaan
    • Ik sloeg na. 
    • Jij sloeg na. 
    • Hij, zij, het sloeg na.