succesvol
Uiterlijk
- suc·ces·vol
- samenstelling van succes en vol
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | succesvol | succesvoller | succesvolst |
verbogen | succesvolle | succesvollere | succesvolste |
partitief | succesvols | succesvollers | - |
succesvol
- succes hebbend
- Dat was weer een succesvolle operatie.
- ▸ De wijn uit het Rhônedal heeft de afgelopen decennia aan prestige gewonnen door productverbetering en slimme marketing. De Côtes du Rhône is allang geen onaanzienlijk slobberwijntje meer, maar een succesvol exportproduct.[1]
1. succes hebbend
- Het woord succesvol staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "succesvol" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Weblink bron Peter Giesen“Route Nationale 7, leuker dan de Route du Soleil” (30 juli 2014), de Volkskrant
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be