[go: up one dir, main page]

Naar inhoud springen

roste

Uit WikiWoordenboek
  • ros·te

roste

  1. verbogen vorm van de overtreffende trap van ros
vervoeging van
rossen

roste

  1. enkelvoud verleden tijd van rossen
    • Ik roste. 
    • Jij roste. 
    • Hij, zij, het roste. 


  • ro·s·te

roste

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het imperfectieve werkwoord růst