presenteren
Uiterlijk
- Geluid: presenteren (hulp, bestand)
- pre·sen·te·ren
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘aanbieden, voorstellen’ voor het eerst aangetroffen in 1240 [1]
- afgeleid van het Franse présenter (met het voorvoegsel pre- en met het achtervoegsel -eren) [2] [3]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
presenteren |
presenteerde |
gepresenteerd |
zwak -d | volledig |
presenteren
- ditransitief op een goed voorbereide wijze aanbieden aan anderen
- Zij presenteerde haar werk op een internationale conferentie.
- ▸ Ambities te over bij Bezos, maar op het podium presenteerde hij slechts een model. Voor het realiseren van zijn maanmissies, moet er nog veel gebeuren. Om maar wat te noemen: voor een veilige landing van Blue Moon is een nieuwe remraket nodig, die deze zomer getest zal worden.[4]
- (media) als presentator optreden bij, van
1. op een goed voorbereide wijze aanbieden aan anderen
- Het woord presenteren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "presenteren" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[5] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "presenteren" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Wiktionnaire
- ↑ presenteren op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron Thomas Kragten“Hoe haalbaar is de nieuwe maanlander van Amazon-topman Jeff Bezos?” (23/09/2018), de Volkskrant
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 11
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Voorvoegsel pre- in het Nederlands
- Achtervoegsel -eren in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands
- Ditransitief werkwoord in het Nederlands
- Media in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 98 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %