[go: up one dir, main page]

Naar inhoud springen

klank

Uit WikiWoordenboek
  • klank
  • In de betekenis van ‘geluid’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1287 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord klank klanken
verkleinwoord klankje klankjes

de klankm

  1. in het algemeen wordt hiermee het totaal aan eigenschappen van een geluid aangeduid
     De geluiden in de natuur waren veel meer gelaagd dan ik tot dusver had ervaren. De verschillende klanken van het vogelgezang, het constante gezoem van de krekels en het hoge ruisen van de wind in de boomtoppen.[2]
99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[3]


klank m

  1. klank