hiep
Uiterlijk
- hiep
hiep
- juichkreet; deel van de juichkreet Hiep, hiep, Hoera!
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hiep | hiepen |
verkleinwoord | - | - |
de hiep v
- (gereedschap) een gekromd hakmes dat vooral wordt gebruikt bij landschapsbeheer voor het afhakken van rijshout in grienden of bij het maken van vlechtheggen
- Het woord hiep staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hiep" herkend door:
84 % | van de Nederlanders; |
65 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Tubantia 06-09-18 Pliskova daagt Krajicek uit, Barney vermaakt zich in Disney
- ↑ Tubantia Jeroen Pol 03-12-18 Andy mag op auditie bij Voice Senior
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 4
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Erfwoord in het Nederlands
- Tussenwerpsel in het Nederlands
- Trefwoorden in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Gereedschap in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 84 %
- Prevalentie Vlaanderen 65 %