[go: up one dir, main page]

Naar inhoud springen

gebakschaal

Uit WikiWoordenboek


gebakschaal
  • ge·bak·schaal
enkelvoud meervoud
naamwoord gebakschaal gebakschalen
verkleinwoord gebakschaaltje gebakschaaltjes

de gebakschaalv / m [1]

  1. schaal waarop men meerdere gebakjes of kleine taartjes kan presenteren
     ' Toen ze kastjes opendeed en luidruchtig dingen heen en weer schoof, op zoek naar de gebakschaal, gleed Rebecca van haar kruk en keerde terug naar haar auto om haar weekendtas te halen.[2]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Amanda Block
    “De verloren verteller” (2021), The house of books, ISBN 9789044363647