fluogeel
Uiterlijk
- fluo·geel
- samenstelling van fluorescerende bn en geel bn
- samenstelling van fluorescerende bn en geel zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | fluogeel | fluogelen |
verkleinwoord |
het fluogeel o
- fluorescerend geel
- ▸ Alleen op deze X-tra ritten was de bestemming op trams aangegeven in fluogeel met zwarte letters.[1]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | fluogeel | fluogeler | fluogeelst |
verbogen | fluogele | fluogelere | fluogeelste |
partitief | fluogeels | fluogelers | - |
fluogeel
- een fluorescerend gele kleur hebbend
- ▸ In mei mag ze vijftig kaarsjes uitblazen, maar om Naomi Campbell kun je nog altijd niet heen. Zo mocht ze tijdens de modeweek in Londen de show van Tommy Hilfiger openen in een grijs en fluogeel ensemble.[2]
- ▸ In Wintam, Dendermonde en Melle laat de onderzoeksgroep Ecosysteembeheer (ECOBE) dinsdag fluogele voorwerpen in het water.[3]
- ▸ Opmerkelijk is dat een vrouw afgelopen donderdag, ongeveer rond het moment van de verdwijning van Pieter-Jan Huygens, een bericht op Facebook postte dat ze een fluogeel hesje in de Leie zag drijven.[4]
- Het woord fluogeel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron “Kusttram” (geraadpleegd 21 maart 2021), Wikipedia
- ↑ Weblink bron flb“Bijna vijftig, maar Naomi Campbell opent defilé Tommy Hilfiger” (18/02/2020), De Standaard
- ↑ Weblink bron mg“Onderzoekers gooien plastic in Schelde om te zien hoe afval Noordzee bereikt” (07/07/2020), De Standaard
- ↑ Weblink bron Geert Neyt“Brandweer speurt in water naast looptraject naar vermiste jogger” (17/10/2020), De Standaard