fyke
Uiterlijk
- fy·ke
- Afkomstig van het Oudnoorse werkwoord fjúka
Naar frequentie | 112770 |
---|
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | fyke |
tegenwoordige tijd | fyker |
verleden tijd | føk føyk |
voltooid deelwoord |
føket |
onvoltooid deelwoord |
fykende |
lijdende vorm | fykes |
gebiedende wijs | fyk |
vervoegingsklasse | Klasse 2 sterk |
opmerking |
fyke
- onovergankelijk (door de lucht) drijven
- onovergankelijk vertrekken, wegreizen
- [2]: fyke opp