compartiment
Uiterlijk
- Geluid: compartiment (hulp, bestand)
- IPA: /ˌkɔmpɑrtiˈmɛnt/
- com·par·ti·ment
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘treincoupé’ voor het eerst aangetroffen in 1901 [1]
- afgeleid van het Franse 'compartiment' of het Latijnse partir (verdelen) met het voorvoegsel com- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | compartiment | compartimenten |
verkleinwoord | compartimentje | compartimentjes |
het compartiment o
- een afdeling
- (spoorwegen) een treincoupé
- Hij bevindt zich in het derde compartiment. [3]
1. afdeling
2. treincoupé
- Het woord compartiment staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "compartiment" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "compartiment" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ compartiment op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 12
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Voorvoegsel com- in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Spoorwegen in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %