[go: up one dir, main page]

Naar inhoud springen

carre

Uit WikiWoordenboek
enkelvoud meervoud
nominatief carre carren
genitief carren carren
datief carren carren
accusatief carre carren

carre v

  1. kar, voertuig op twee wielen
    Sy loeden waghene ende kerren ende voeren henen sonder merren.
ook: car, kerre, karre
  1. sijn karretje gaat op een zandweg.
    «Het gaat hem voor de wind.»