[go: up one dir, main page]
Naar inhoud springen

cure

Uit WikiWoordenboek

Engels

Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
vervoeging
onbepaalde wijs to  cure 
he/she/it  cures 
verleden tijd  cured 
voltooid
deelwoord 		 cured 
onvoltooid
deelwoord 		 cured 
gebiedende wijs  curing 

Werkwoord

cure

  1. onovergankelijk, (medisch) een kuur ondergaan/volgen, kuren
  2. onovergankelijk heilzaam werken
  3. onovergankelijk duurzaam worden
  4. overgankelijk, (medisch) (een ziekte) genezen [4], helen
Afgeleide begrippen
enkelvoud meervoud
cure cures

Zelfstandig naamwoord

cure

  1. (medisch) kuur
  2. (medisch) geneesmiddel, medicijn
Afgeleide begrippen

Verwijzingen

  1. ↑ cure, Online Etymology Dictionary


Spaans

Werkwoord

vervoeging van
curar

cure

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van curar
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van curar
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van curar
Overgenomen van "https://nl.wiktionary.org/w/index.php?title=cure&oldid=4977626"