nez
Uiterlijk
enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|
zonder lidwoord | met lidwoord | zonder lidwoord | met lidwoord |
nez | le nez | nez | les nez |
nez m
- verkorting van nezina derde persoon enkelvoud aantonende wijs van nezināt: "men weet niet"
nez
- denk ik (drukt onzekerheid bij de spreker uit)