[go: up one dir, main page]

Naar inhoud springen

glazuur

Uit WikiWoordenboek
Versie door Kvdrgeus (overleg | bijdragen) op 8 apr 2024 om 13:33
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
[1] De bovenkant van de dakpannen is volledig bedekt met glazuur
[2] Een abnormale toestand van het tandglazuur
(hier bij "amelogenesis imperfecta").
[3] Met glazuur afgewerkte cakes


  • gla·zuur
  • Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘glasachtige laag’ voor het eerst aangetroffen in 1766 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord glazuur glazuren
verkleinwoord glazuurtje glazuurtjes

het glazuuro [3]

  1. glasachtige laag ter bedekking van aardewerk, dakpannen, bakstenen, plavuizen en tegels
  2. (biologie) de buitenste laag van de tandkroon die rond de dentine gelegen is, tandglazuur
  3. (voeding) (kookkunst) mengsel van poedersuiker en water waarmee cake, taart enz. wordt afgewerkt
vervoeging van
glazuren

glazuur

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van glazuren
    • Ik glazuur. 
  2. gebiedende wijs van glazuren
    • Glazuur! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van glazuren
    • Glazuur je? 
98 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[4]