[go: up one dir, main page]

Naar inhoud springen

colere

Uit WikiWoordenboek
Versie door Evil berry (overleg | bijdragen) op 26 mei 2018 om 07:09 (Nieuwe pagina aangemaakt met '{{=lat=}} {{-pron-}} *{{WikiW|IPA}}: {{IPA|/ˈkɔ.ɫɛ.rɛ/|lat}} {{-syll-}} *co·le·re {{-lastam-|colere|cǒlō|coluī|cultum|{{laconj3}}}} {{-ver...')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
  • IPA: /ˈkɔ.ɫɛ.rɛ/
  • co·le·re
stamtijd
infinitief 1e pers. enk.
ind. praes. act.
1e pers. enk.
ind. perf. act.
supinum
colere cǒlō coluī cultum
derde vervoeging volledig

colere

  1. actief infinitief praesens van colere
    1. bebouwen
    2. bewonen
    3. vereren
  2. passief imperatief praesens, tweede persoon enkelvoud van colere
    1. Bebouw!
    2. Bewoon!
    3. Vereer!
  3. passief indicatief praesens, tweede persoon enkelvoud van colere (verkorte vorm/syncope)
    1. Jij wordt vereerd.

colēre

  1. passief indicatief futurum simplex, tweede persoon enkelvoud van colere (verkorte vorm/syncope)
    1. Jij zal worden vereerd.
  • s.v. cǒlo, in
    J.B. Kan - H.P. Schröder
    (ed.), Latijnsch-Nederlandsch Woordenboek, Utrecht, 1864, p. 100.