verfransen
- Geluid: verfransen (hulp, bestand)
- ver·fran·sen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
verfransen |
verfranste |
verfranst |
zwak -t | volledig |
verfransen
- overgankelijk Franstalig maken
- ergatief Franstalig worden
1. Franstalig maken/worden
- Het woord verfransen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.