vegen
- ve·gen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
vegen |
veegde |
geveegd |
zwak -d | volledig |
vegen
- overgankelijk zonder water schoonmaken met een borstel
- Vergeet niet de vloer nog te vegen!
- ▸ ‘Mooi hè, hoe een tekst uit 1923 nog altijd zo actueel is.’ Jetfighter veegde de kruimels van haar shirt, deed haar zware rugzak weer om en vertrok in haar onnavolgbare snelle tempo.[3]
- (figuurlijk) door ergens langs te strijken verplaatsen of verwijderen
- [1]: opvegen
- [2] de voeten vegen aan
- [2] een voorstel van tafel vegeneen punt tot onbelangrijk verklaren, niet behandelen of afwijzen
- [2] onder het tapijt vegenin de doofpot stoppen
- [2] van de kaart vegentotaal vernietigen
- [1]: de vloer vegen
- [1]: een schoorsteen vegen
- [1]: je voeten aan de deurmat vegen
- [2]: de tranen van je wangen vegen
- aanvegen, afvegen, bijeenvegen, bijvegen, opvegen, overvegen, schoonvegen, schoorsteenvegen, uitvegen, wegvegen
1. zonder water schoonmaken met een borstel
2. door ergens langs te strijken verplaatsen of verwijderen
een voorstel van tafel vegen
de vegen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord veeg
- Het woord vegen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vegen" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ "vegen" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ vegen op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- ve·gen
Naar frequentie | 20689 |
---|
vegen
- nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van veg
- ve·gen
vegen
- nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van veg