sur
Niet te verwarren met: sûr |
- [A] Uit Oudfrans sovre, sour(e), sor(e), ontwikkeld uit Latijn super, supra. [1]
- [B] Ontleend aan Oudfrankisch *sūr, verwant aan Nederlands zuur. [2]
sur
- op (ter aanduiding van een plaats)
- «Le chat est sur le lit.»
- De kat ligt op het bed.
- «Le chat est sur le lit.»
- op (ter aanduiding van een tijdstip)
- «Je suis sur le point de partir.»
- Ik sta op het punt te vertrekken.
- «Je suis sur le point de partir.»
- op (ter aanduiding van een verhouding)
- «Une note de cinq sur dix.»
- Een cijfer van vijf op tien.
- «Une note de cinq sur dix.»
- op (ter aanduiding van herhaling)
- «Cet enfant fait étourderies sur étourderies.»
- Dat kind doet de ene onbezonnen daad op de andere.
- «Cet enfant fait étourderies sur étourderies.»
- tegen
- «Il avait le nez sur la fenêtre.»
- Hij zat met zijn neus tegen het raam.
- «Il avait le nez sur la fenêtre.»
- naar
- «Tourner sur la gauche.»
- Naar links draaien.
- «Tourner sur la gauche.»
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
mannelijk | sur | surs |
vrouwelijk | sure | sures |
[B] sur
- zuur
- «Plus douce qu’aux enfants la chair des pommes sures,
L’eau verte pénétra ma coque de sapin.»[3]Zoeter dan het vruchtvlees van zure appelen voor de kinderen, drong het groene water mijn romp van dennehout binnen.
- «Plus douce qu’aux enfants la chair des pommes sures,
- ↑ sur (Etymologie) in: Le Trésor de la Langue Française informatisé (1971-1994) op de website cnrtl.fr .
- ↑ sur (Etymologie) in: Le Trésor de la Langue Française informatisé (1971-1994) op de website cnrtl.fr .
- ↑ Weblink bron “Le Bateau ivre” (1871)
sur m
- ↑ Joan Corominas & José Pascual“Diccionario crítico etimológico castellano e híspanico (6 tomos)”, Tomo II: CE-F (1984), Gredos, Madrid, p. 780 e.v.
- sur in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website: Real academia española
- sur
stellend | vergrotend | overtreffend |
---|---|---|
sur |
surare |
surast |
sur
- (scheikunde) zuur, met een lage pH
- zuur van smaak
- zuur, chagrijnig, nors
- [3] putt