legering
- [A] Geluid: legéring (hulp, bestand)
- IPA: / ləˈɣerɪŋ / (3 lettergrepen)
- [B] Geluid: légering (hulp, bestand)
- IPA: / ˈleɣəˌrɪŋ / (3 lettergrepen)
- le·ge·ring
- [A] van Duits Legierung, naamwoord van handeling van legéren ww met het achtervoegsel -ing, in de betekenis van ‘vermenging van metalen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1847 [1] [2] [3]
- [B] naamwoord van handeling van légeren ww met het achtervoegsel -ing [4]
[A] | enkelvoud | meervoud |
---|---|---|
naamwoord | legering | legeringen |
verkleinwoord | legerinkje | legerinkjes |
[A] de legéring v
- (metallurgie) materiaal met metaalachtige eigenschappen dat bestaat uit een vaste oplossing of verbinding van twee of meer elementen; waarvan met op enkele uitzonderingen na, de bestanddelen gewoonlijk metalen zijn
|
1. Metaalverbinding van twee of meer elementen
|
|
[B] | enkelvoud | meervoud |
---|---|---|
naamwoord | legering | legeringen |
verkleinwoord | - | - |
[B] de légering v
- (militair) tijdelijke huisvesting van militairen, zoals in een kampement of op een basis
- Het woord legering staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "legering" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[5] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ legering op website: Etymologiebank.nl
- ↑ "legering" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- le·ge·ring
Naar frequentie | 33608 |
---|
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | legering | legeringen | legeringer | legeringerne |
genitief | legerings | legeringens | legeringers | legeringernes |
legering, g
- (metallurgie) legering (mengsel)
- (kookkunst) verdikking
|
- legering in: Det Danske Sprog- og LitteraturselskabDen Dankse Ordbog op website:ordnet.dk
- le·ge·ring
Naar frequentie | 27772 |
---|
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | legering | m: legeringen v: legeringa |
legeringer | legeringene |
genitief | legerings | m: legeringens v: legeringas |
legeringers | legeringenes |
- (metallurgie) (het) legeren (activiteit)
- (metallurgie) legering (mengsel)
- [2]: metall
...legering
|
|
- le·ge·ring
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | legering | legeringa | legeringar | legeringane |
legering, v
- (metallurgie) (het) legeren (activiteit)
- (metallurgie) legering (mengsel)
- (figuurlijk) iets dat samengesmolten is en dat sterker is dan de afzonderlijke delen, bijv. de samenwerking van mens en machine
- [2]: metall
...legering
|
|