kamerarrest
- Geluid: kamerarrest (hulp, bestand)
- ka·mer·ar·rest
- samenstelling van kamer zn en arrest zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kamerarrest | kamerarresten |
verkleinwoord |
- verbanning naar iemands eigen kamer; verbod om de eigen kamer te verlaten
- ▸ Lavinia had kamerarrest gekregen en er stond iets ingrijpends te gebeuren.[2]
- Het woord kamerarrest staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Victoria Holt“Een waaier van geluk” (1988), Saga, ISBN 9788726484939