[go: up one dir, main page]

  • gra·vel
  • van Engels  gravel zn  "steengruis gebruikt als wegverharding of ballast" (maar niet met de betekenis "tennisondergrond"); in het Nederlands met de betekenis van ‘dakpannengruis als bestrating’ voor het eerst aangetroffen in 1914 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord gravel -
verkleinwoord - -

gravel m / o

  1. (sport) roodkleurig steengruis dat in de 20e eeuw veel werd gebruikt voor de verharding van tennisbanen en atletiekbanen
    • Hij speelt eigenlijk altijd het liefst op gravel. 
  2. (verkeer) steengruis gebruikt om wegen en paden te verharden
      De Breedbladige gemene Virga aurea, of Gulde-roede, is in de Geneeskunde in gebruik. (…) Barklai, geeft in zyne Euformion voor, dat ze Steen en Gravel ontbindt.[2]
88 % van de Nederlanders;
91 % van de Vlamingen.[3]
  1. "gravel" in:
    Sijs, Nicoline van der
    , Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org
    ; ISBN 90 204 2045 3
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 oktober 2022  Weblink bron
    M. Noel Chomel (vert. Jan Lodewyk Schuer & A.H. Westerhof)
    “Huishoudelyk woordboek, Vervattende vele middelen om zyn goed te vermeerderen, en zyne gezondheid te behouden, Met verscheiden wisse en beproefde middelen.” (1743), S. Luchtmans/H. Uytwerf, Leiden/Amsterdam, p. 1226
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020  Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be


 
Gravel
  • grav·el
  • Afkomstig van het Oudfranse woord grave.
stellend vergrotend overtreffend
gravel - -

gravel

  1. met grind bestrooid.

a gravel voice

  • Een ruwe stem.
vervoeging
onbepaalde wijs to  gravel 
he/she/it  gravels 
verleden tijd  gravelled 
 graveled 
voltooid
deelwoord
 gravelled 
 graveled 
onvoltooid
deelwoord
 gravelling 
 graveling 
gebiedende wijs  gravel 

gravel

  1. met grind bestrooien.
  2. (scheepvaart) aan de grond lopen.
  3. (bij het paard) gekwetst of gekreupeld gaan door een stukje grind tussen hoef en hoefijzer.
  4. (spreektaal) verwarren.
enkelvoud meervoud
gravel gravels

gravel

  1. (geologie) grind, steengruis, gruis.
    «All sedimentary particles larger than two millimeters is called gravel.»
    Alle sedimentaire deeltjes groter dan twee millimeter worden grind genoemd.
  2. (medisch) niergruis, niersteen.