afsmeren
- af·sme·ren
- samenstelling van af bw en smeren ww
afsmeren [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
afsmeren |
smeerde af |
afgesmeerd |
zwak -d | volledig |
- ergens een dikke vloeistof op aanbrengen met een wrijvende beweging
- Piet Hellemans: „Katten hebben geurklieren op de wangen. Deze klieren geven een specifieke geur af die katten door kopjes te geven aan hun omgeving kunnen afsmeren. Hun omgeving kan hun territorium zijn, maar ook soortgenoten, andere dieren of hun baasjes. Andere katten kunnen hieruit afleiden welke kat ergens zijn geur heeft afgegeven en wanneer dit is gebeurd. [2]
- Klap voor de modelbouwer b.d. is verder dat de gipsen berglandschappen van weleer nu van purschuim zijn en uit een spuitbus komen. Even laten harden, bijsnijden, afsmeren en bestrooien met miniatuurgrassprieten of iets anders uit een zakje — dat kan een kind. [3]
- Het woord 'afsmeren' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "afsmeren" herkend door:
85 % | van de Nederlanders; |
80 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ De Telegraaf 01 sep. 2018 Geeft jouw kat kopjes? Dit betekent het
- ↑ NRC Michiel Hegener 7 januari 1999 Het geheime leven van de modelbouwer
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be