afkorten
- af·kor·ten
- samenstelling van af bw en korten ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
afkorten |
kortte af |
afgekort |
zwak -t | volledig |
afkorten
- overgankelijk, (taalkunde) kortere versies voor veelgebruikte woorden of woordgroepen bedenken
- Het woord "bijvoorbeeld" wordt vaak afgekort tot "bijv.".
- overgankelijk korter zagen van planken, dwars op de vezel
- Voordat hij de balk afkortte, tekende hij hem secuur af.
1. kortere versies voor veelgebruikte woorden of woordgroepen bedenken
- Het woord afkorten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "afkorten" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be