-ium
Huidig bestand |
---|
5 |
- -i·um
- uit Latijn -ium
-ium
- (neologisme) (scheikunde) (element) wordt gebruikt om namen van stoffen te vormen
- «helios → helium»
- zon, het lichtste edelgas
- «Dmitri Mendelejev → mendelevium»
- grondlegger van het huidige periodiek systeem
- «helios → helium»
Huidig bestand |
---|
21 |
- IPA: /ijʏm/
- -i·um
-ium
- (geologie) om namen van tijdperken te vormen
1. namen van tijdperken
- algonkium
- calymmium
- cryogenium
- ectasium
- ediacarium
- orosirium
- rhyacium
- siderium
- statherium
- stenium
- tonium
- Er zijn ook tal van woorden die op -ium eindigen, zonder dat dat in het Nederlandse nog als achtervoegsel kan worden beschouwd, omdat deze woorden compleet aan een andere taal zijn ontleend. Zie op deze pagina onder Universeel en Latijn.
-ium
- (geologie) om namen van tijdperken te vormen
-ium
- vormt zelfstandige naamwoorden van werkwoorden, waarbij de handeling of toestand aangeduid wordt.
- «gaudēre → gaudium»
- vrolijk zijn, zich verheugen → vreugde
- «gaudēre → gaudium»
- (scheikunde) (neologisme) wordt gebruikt om namen van stoffen te vormen
- «helios → helium»
- zon, het lichtste edelgas
- «Dmitri Mendelejev → mendelevium»
- grondlegger van het huidige periodiek systeem
- «helios → helium»
woorden uit het (Neo-)Latijn op -ium