Laura Flessel-Colovic

Flessel begon in Guadeloupe met vechtsporten. Op 18-jarige leeftijd sloot ze zich aan de L'institut National du Sport, de l'Expertise et de la Performance (INSEP) in Parijs. In 1993 werd ze Frans kampioene degen. Twee jaar later behaalde ze haar eerste internationale succes door zilver (team) en brons (individueel) te winnen bij het wereldkampioenschap in Den Haag. Haar grootste succes van haar sportieve loopbaan boekte ze in 1996 door bij de Spelen van Atlanta zowel individueel als met het Franse team een gouden medaille te behalen. Twee jaar later werd ze haar eerste wereldtitel, welke ze een jaar later prolongeerde. In 2001 beviel ze van een dochter. Slecht vier maanden later won Flessel-Colovic een zilveren medaille op het wereldkampioenschap het Franse Nîmes.

In 2002 volgde haar sportieve dieptepunt doordat ze een schorsing kreeg opgelegd van drie maanden wegens het gebruik van verboden middelen. Ze testte positief op het gebruik van coramine glucose. Ze beschuldigde de Franse ploegdokters ervan haar dit toonbankmiddel voorschreven te hebben.^[1]

Ze was aangesloten bij Levallois Sporting Club Escrime en sinds 2007 bij Lagardère Paris Racing. Ze is in 1996 getrouwd met sportjournalist Denis Colovic en heeft één dochter.

Op 17 mei 2017 werd ze minister van sport in de regering-Philippe. Op 4 september 2018 stapte ze op.

• Olympisch kampioene degen - 1996
• Wereldkampioene degen - 1998, 1999
• Europees kampioene degen - 2007
• Frans kampioene degen - 1998, 2000, 2002, 2003, 2007, 2008

• 1996: 1   individueel
• 1996: 1   team
• 2000: 3   individueel
• 2000: 5e team
• 2004: 2   individueel
• 2004: 3   team
• 2008: 7e individueel

• 1995: 3   individueel
• 1995: 2   team
• 1997: 3   team
• 1998: 1   individueel
• 1998: 1   team
• 1999: 1   individueel
• 2001: 2   individueel
• 2002: 5e individueel
• 2003: 5e individueel
• 2005: 3   individueel
• 2005: 1   team
• 2006: 3   individueel
• 2006: 2   team
• 2007: 17e individueel
• 2007: 1   team
• 2008: 1   team
• 2009: 6e individueel
• 2009: 4e team
• 2010: 5e individueel
• 2010: 5e team
• 2011: 35e individueel

• 2007: 1   individueel
• 2007: 3   team
• 2008: 9e individueel
• 2009: 3   individueel
• 2010: 3   individueel
• 2010: 3   team
• 2011: 7e individueel
• 2011: 3   team
• 2012: 7e individueel

• 2002: 1   individueel
• 2003: 1   individueel
• 1997: 2   individueel

• 2005: 2   individueel