goor

• Geluid:  goor    (hulp, bestand)
• IPA: / ɣor / (1 lettergreep)

• goor

• van Middelnederlands goor "modder", in de betekenis van ‘vies’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1599 ^{[1] [2] [3]}

goor

1. onsmakelijk, vies op een onhygiënische of immorele wijze

   • In die gore kroeg zul je mij niet vinden. 

• (intensivering) ingoor

• Het woord goor staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "goor" herkend door:

goor

1. goor, muf, bedorven

   «Die goor atmosfeer van intrige en verraad.»

   De gore atmosfeer van intrige en verraad.