gescheld
Uiterlijk
- ge·scheld
vervoeging van: | schellen… |
verbogen vorm: | geschelde |
gescheld
- voltooid deelwoord van schellen
- Naamwoord van handeling van schelden met het voorvoegsel ge-.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gescheld | - |
verkleinwoord | - | - |
het gescheld o
- het voortdurend schelden
- Ik ben dat gescheld van de buren meer dan beu.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord gescheld staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.