asegurarse
Uiterlijk
- a·se·gu·rar·se
asegurarse
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
asegurarse |
aseguraba |
asegurado |
volledig |
- wederkerend zich verzekeren van
- zich verzekeren tegen
- asegurarse in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website: Real academia española