toevloed
Dutch
editEtymology
editPronunciation
editAudio: (file) - Hyphenation: toe‧vloed
Noun
edittoevloed m (plural toevloeden)
- influx
- Door de toevloed van grote aantallen vluchtelingen was de bevolking aan het eind van die oorlog aangezwollen tot ongeveer 2,5 miljoen inwoners, waarvan het grootste deel dakloos was.[1] — Due to the influx of great numbers of refugees, the population at the end of the war had surged to approximately 2.5 million inhabitants, the greater part of which was homeless.