kruisteken
Jump to navigation
Jump to search
Dutch
[edit]Etymology
[edit]From kruis (“cross”) + teken (“sign”).
Pronunciation
[edit]Noun
[edit]kruisteken n (plural kruistekens, diminutive kruistekentje n)
From kruis (“cross”) + teken (“sign”).
kruisteken n (plural kruistekens, diminutive kruistekentje n)