Aan Mr. I. Da Costa, naar aanleiding van zijn, in den Muzen-Almanak, voor 1844, geplaatst dichtstuk: Bilderdijk. |
|
AASJvdB-028 Contribution of Willem Hendrik Warnsinck |
|
Albuminscriptie |
|
Brieven van Willem Hendrik Warnsinck (1782-1857) aan Arie Cornelis Kruseman (1818-1894) |
|
Gedachtenisrede, uitgesproken in de Evangelisch-Luthersche Kerk te Utrecht, 16 Maart 1843 |
|
Gedichtjes voor de Nederlandsche jeugd |
|
Gezangen voor de schooljeugd ter gedachtenisviering van de herstelling des vaderlands in November 1813 |
|
De goden van Griekenland, naar Friedrich von Schiller : met een' tegenzang |
|
De godsakker |
|
Godsdienstig onderwijs op de scholen, wezenlijk onderscheiden van godsdienstig schoolonderwijs |
|
Grafschrift op Anna Carolina Johanna Suringar |
|
De heer Roze en zijne vrienden, in gesprekken en raadgevingen |
|
Heilwensch van de weezen der Evangelisch Luthersche Gemeente te Leyden : aan de ingezetenen dier stad bij den aanvang van het jaar 1841 |
|
Iets, over de verschillende oogpunten, waaruit men, in deze dagen, het strafregt beschouwt, en de wijze, waarop dezelve vereenigd kunnen worden |
|
Kerkernacht en morgen : gedicht |
|
De Kerkhervorming : dichtstuk |
|
Klaagzang bij het graf zijns vaders |
|
Lauwerkrans voor Wattier-Ziesenis ter gelegenheid der voorstelling van Athalia, op den Amsterdamschen Stadsschouwburg, den 28 februari 1822 |
|
Lied aan den koning |
|
Liefde, vriendschap, kunst, deugd en godsdienst |
|
Lijst der werken van mr. Jacobus Scheltema |
|
De lof der geneeskunst : toegezongen aan de leden van het Doctoren-Gezelschap ten spreuke voerende Uno animo, ter gelegenheid van deszelfs 75-jarige feestviering |
|
Mr. Rhijnvis Feith, geschetst uit zijne gemeenzame brieven |
|
Na de inzage van des heeren A.S. Thelwall's zoogenaamde christelijke opwekkking |
|
De Nederlandsche watersnood in 1825 : dichtstuk |
|
"Nieuw Wilhelmus-lied" |
|
Nuttige en aangename mengelingen voor de jeugd |
|
De ontkoming van Hugo de Groot uit Loevenstein, in 1621 : vaderlandsch tooneelspel |
|
Het ontslapen kind aan deszelfs vader : toegeëigend aan mijn' vriend W.H. Suringar. |
|
Ontwerp tot oprigting van een Nederlandsch Genootschap ter Zedelijke Verbetering der Gevangenen |
|
Op den heldendood van Jan Carel Josephus van Speyk |
|
Op het onverwacht afsterven mijner geliefde zuster Marie Henriette Haakman, geb. Schut, op den 24sten augustus, 1828 |
|
Op het plotseling afsterven van mijnen hooggeachten vriend, H. Ameshoff, ontslapen den 21sten December, 1843 : toegewijd aan zijne dierbaarste betrekkingen |
|
Op het wegnemen der kruisen in de hoofdstad van den Allerchristelijksten Koning |
|
De opstanding des Heeren |
|
Opwekking aan mijne landgenooten |
|
Opwekking van het echt godsdienstig gevoel bij de jeugd, de pligt van ouders en opvoeders |
|
Over de inrigting der openbare weldadigheid in Frankrijk, dienstbaar aan de uitroeiing der bedelarij |
|
Over den Abbadona uit de Messiade van Klopstock |
|
Over het vereeren van ware verdienste : eene voorlezing |
|
Petronella Moens |
|
Pieter Dirkszoon Hasselaar, in 1573 : vaderlandsch tooneelspel |
|
De poëzij der kunsten : feestdronk, ter gelegenheid van het inwijdingsfeest der maatschappij: Arti et Amicitiae, op Dingsdag, den 5den Mei, 1840 |
|
Proeven van gewijde poëzij |
|
Proteus : tijdschrift voor de Hollandsche heerenkleeding en ter bevordering van nationale nijverheid |
|
'S Menschen, begin, midden en einde, 1824: |
|
Scipio en de Spaansche bruid : treurspel in 5 bedrijven |
|
De slag op de Zuiderzee, in 1573, of De twee stuurlieden : geschiedkundig vaderlandsch tooneelspel |
|
Het standbeeld van De Ruyter |
|
De storm : 26 September 1853 |
|
De strijd met Goliath : in drie tafereelen |
|
Tafereel van een gelukkig burger-gezin : dichtstuk |
|
Tegenklank van het beweerde, in het Fransche dagblad De Glôbe, "dat het Christendom uitgediend heeft" |
|
De ter dood veroordeelde |
|
Ter gelegenheid der 25-jarige echtvereeniging van den weled. heer J.J. van Weezelenburg, en vrouwe C.W. Spiekerman : gevierd binnen Amsterdam, den 12den Mei 1824 |
|
Ter gelegenheid der echtvereeniging van mijne geliefde dochter, Jacoba Hermina Warnsinck, met den heere Willem de Vos, Jacobsz. : (Den 11den maart, 1840) |
|
Ter gelegenheid der vijf en twintigjarige evangeliebediening van mijnen hooggeachten vriend P. Hofstede de Groot |
|
Ter viering van den veertigsten verjaardag der promotie tot doctor in de geneeskunde van mijn' hooggeachten broeder, den ridder Hermannus Haakman : 12 october, 1798 |
|
De toekomst in drie zangen |
|
Tot opening van het feest |
|
Uit den vreemde : poezy |
|
De uitvinding der boekdrukkunst door Laurens Janszoon Koster te Haarlem anno 1423 : zinnespel |
|
Uren toegewijd aan de hoogste belangen des levens : voor jeugdige christenen |
|
Het vaderland het waardigste voorwerp der schilderkunst : dichtstuk, uitgespr. bij de uitdeeling der uitgeloofde eereprijzen, door het Departement Teekenkunde der Maatsch. Felix Meritis |
|
De val des dwingelands |
|
Vertellingen, romances en andere stukjes |
|
Verzameling gedichten |
|
Viertal liederen, ter gelegenheid van het derde eeuwfeest der Kerkhervorming : gevierd door de protestantsche kerken in Nederland |
|
Het vijftigjarig bestaan van het Amsterdamsche Genootschap ter Bevordering der Koepokinenting voor Minvermogenden herdacht, op den eersten November 1853 |
|
De voortreffelijkheid van den christelijken godsdienst |
|
De vraag: behoort het stelsel van afzondering ook op vrouwelijke veroordeelden en jeugdige gevangenen van beide sexen te worden toegepast? toestemmend beantwoord |
|
W. H. Warnsinck, Bsz., Gedichten. |
|
Waarheid en verdichting |
|
Wachter! Wat is er van den nacht? |
|
Wachtlied voor de vrijwillige schutters te Amsterdam. |
|
De weduwe van Albrecht Beiling, op den verjaardag der teregtstelling van haren echtgenoot : dramatisch tafereel |
|
Welke is de invloed van het gevoel voor het schoone op de zedelijke volmaking des menschen? |
|
Welke is de reden, waarom de dichtkunst, onder onze landgenooten, voor het tegenwoordige, minder algemeenen bijval schijnt te vinden, dan in vroegere tijdperken? |
|
Welkomstgroet aan de Nederlandsche helden, bij den terugkeer uit Frankrijk |
|
Welkomstgroet aan het koninklijk gezin |
|
De werkmeester en zijn werk : (een gesprek) |
|
Wilhelmus van Nassauwen : (December, 1832) |
|
Zangen des tijds, toegewijd aan mijne geloofsgenooten |
|
Zangen, opgevoerd in de maatschappij: Felix Meritis, den 13den januarij 1832, ter gelegenheid der feestviering van het tweehonderdjarig bestaan der doorluchtige school dezer stad, op den 10den, 11den en 12den dezer |
|
Zangen ter gelegenheid van de algemeene vergadering der Maatschappij: Tot Nut van 't Algemeen, op donderdag, den 8sten augustus, 1826 |
|
De zanger |
|